Alle zintuigen van je kind staan continu open
Jouw kind is hooggevoelig. Dat betekent dat álles binnenkomt. Alsof het een 1000-watt lampje is in een wereld waar de meeste mensen op 40 watt functioneren. Elk geluid, elke geur, elke emotie – alles wordt opgepikt.
Het gaat verder dan alleen een scherpe waarneming. Hooggevoelige kinderen voelen niet alleen hun eigen emoties, maar ook die van anderen. Je ziet misschien dat je kind gevoelig is voor sfeer, onrustig wordt als anderen zich niet goed voelen of spanning oppikt die jij niet direct kunt plaatsen.
Een dag vol indrukken
Voor een hooggevoelig kind kan een gewone schooldag of een bezoek aan de opvang al ontzettend belastend zijn. Tegen de tijd dat de dag voorbij is, is het vaak compleet overprikkeld. Eén kleine prikkel te veel kan ineens alles doen overlopen.
Sommige kinderen reageren door boos te worden, te huilen of zich extreem verongelijkt te voelen. Andere kinderen trekken zich juist terug en lijken niet meer bereikbaar. Wat er precies gebeurt, is per kind verschillend. Maar één ding is duidelijk: de prikkels stapelen zich op, en als het te veel wordt, moet het ergens naartoe.
Jouw kind ervaart de wereld anders
Wat voor andere kinderen normaal is, voelt voor jouw kind misschien heel anders. Omdat het intenser waarneemt, reageert het ook anders – en dat kan in het dagelijks leven behoorlijk lastig zijn.
Soms blijft je kind eindeloos nadenken over iets kleins, bijvoorbeeld een opmerking van een klasgenoot. Voor jou lijkt het niets bijzonders, maar voor je kind voelt het als een persoonlijke afwijzing. Of misschien valt je op dat je kind niet zomaar vriendschappen aangaat. Contact moet écht zijn. Als het niet goed voelt, gebeurt het gewoon niet.
Hooggevoelige kinderen hebben vaak een diepgeworteld gevoel voor gelijkwaardigheid. Ongelijkheid, hoe klein ook, kan ze enorm bezighouden. Ze begrijpen niet waarom zij een sticker krijgen en andere kinderen niet. Ze willen structuur, maar verzetten zich tegen opgelegde regels.
Extra gevoeligheid, extra uitdagingen
Sommige hooggevoelige kinderen zijn daarnaast ook hoogbegaafd. Dat maakt de wereld nog ingewikkelder. Ze denken snel, zien verbanden die anderen missen en hebben vaak het gevoel dat niemand hen écht begrijpt. Op school, in vriendengroepen of binnen systemen voelt het alsof ze er niet helemaal in passen.
Daarnaast zijn er kinderen die nog een laag dieper waarnemen. Ze zijn helderziend, heldervoelend, helderwetend of helderhorend. Misschien herken je dat je kind ‘weet’ zonder te weten waarom. Dat het dingen ziet of hoort die jij niet waarneemt. Misschien wordt het midden in de nacht wakker, in gesprek met iemand die jij niet kunt zien, of doet het uitspraken die niet passen bij zijn of haar leeftijd.
Als je niet weet hoe je hiermee om moet gaan, kan dat verwarrend zijn – zowel voor jou als ouder als voor je kind zelf.
Overprikkeling en overbelasting
Veel ouders realiseren zich niet hoe open hun kind eigenlijk staat. Maar als alle prikkels, emoties en indrukken continu binnenkomen, raakt het zenuwstelsel overbelast. En als dat te lang doorgaat, komt je kind niet meer tot rust.
Misschien merk je dat je kind aan het einde van de dag volledig uitgeput is. Dat het hoofdpijn heeft, moeilijk in slaap komt of altijd een ‘vol hoofd’ heeft. Als dit te lang aanhoudt, kan het ervoor zorgen dat je kind niet meer goed herstelt en de spanning zich blijft opbouwen – soms tot het punt waarop ontspannen gewoon niet meer lukt.
Wanneer overbelasting te lang aanhoudt, begint het lichaam signalen te geven. Sommige kinderen ontwikkelen lichamelijke klachten, anderen laten het zien in hun gedrag. De overbelasting kan zich op verschillende lagen uiten: fysiek, mentaal, emotioneel en spiritueel.
Chronische klachten en gedragsuitingen die kunnen wijzen op overbelasting
• Het liefst tussen duizend knuffels willen slapen.
• Slaapproblemen (moeite met in slaap komen of vaak wakker worden).
• Vaak huilen (ook huilbaby’s), emotionele uitbarstingen.
• Hoofdpijn, buikpijn, obstipatie of andere vormen van darmklachten.
• Eczeem, astma, bronchitis, voedselintoleranties (zoals lactose of gluten).
• Weinig zelfvertrouwen, moeite met keuzes maken (‘ik weet het niet’), vaak ‘sorry’ zeggen.
• Onverklaarbare angsten of paniekaanvallen.
• Terugkerende ontstekingen (blaas, ogen, oren, huid).
• Extreem druk gedrag of juist helemaal in zichzelf gekeerd raken.
• Overmatige behoefte aan structuur of het ontwikkelen van ‘tikjes’.
• Overspanning, burn-out, depressieve gevoelens.
• Dyslexie of dyscalculie.

